comfort zone
Volgens de theorie over leren moet je eerst bang zijn voordat het idee van gewoontes veranderen je zinnig lijkt. Wanneer je je comfortabel voelt met sigaretten roken of cocaine of een dikke buik is een betere gezondheid een theoretisch argument. Pas als je lelijk hoest, je vriendin vertrekt of je hartklachten krijgt, krijg je twijfels. Nog niet genoeg: het zien van anderen die het lukt te stoppen of te veranderen geeft de moed iets te gaan doen. Als we ons consumptiepatroon als een verslaving zien, of alleen maar als een slechte gewoonte in welk stadium zijn we dan? De politiek lijkt comfortabel, misschien een klein beetje verontrust. De gemiddelde consument lijkt ook niet echt angstig. Donkeroranje laten we zeggen. Terwijl realistisch gezien we naar fase groen zouden moeten gaan. Het meest verrassend is dat deze leer theorie erg populair is bij veranderingsmangagement in bedrijven.